Campingpastoraat als zinvolle vorm van kerkelijke presentie

Vakantietijd kan heerlijk zijn. Tegelijk zijn er beslommeringen die gewoon doorgaan en sluimerende vragen kunnen ineens aan de oppervlakte komen. Campingpastores komen van alles tegen.
Het is helaas dun gezaaid: campingpastoraat. Zowel in Fryslân als daarbuiten. Maar in Alphen-Chaam, Noord-Brabant, zijn inmiddels drieënveertig jaar meerdere pastors gedurende vier weken actief op verschillende campings in die omgeving. Campingexploitanten zien er de meerwaarde van in en de Stichting Kerk en Toerisme is belast met de jaarlijkse organisatie. Leden van de beide grootste kerkgenootschappen van Nederland – protestanten en rooms-katholieken – zorgen voor de uitvoering. En zij doen dit met elan.
Het gaat hier niet direct om een evangelisatieteam. Veel meer om het present zijn namens de kerken. Alle vrijwilligers mogen zich ook gedragen weten door de gebeden van de kerkleden en parochianen. Aan het begin van de week waarin vrijwilligers als pastor aan het werk gaan op de camping, worden zij namelijk voorgesteld in de verschillende dorpskerken en wordt er in de dienst een zegen gevraagd over henzelf en hun werk. Een bijzondere en soms heftige taak wacht. Voorafgaand aan de vakantieperiode, jaarlijks in juni wordt er een dag ontmoeting georganiseerd waar de pastores – uit heel Nederland –bijgepraat worden over wat precies de bedoeling is. Campingexploitanten weten vaak wel van ernstige ziektes of sterfgevallen die zich het voorgaande jaar voordeden. Met hun informatie kun je soms gericht aan het werk.

Als er een God is…
Twee jaar achtereen riep een echtpaar na een welkomstpraatje: ,,Geen behoefte. Wij hebben het wel gezien met de kerk. Hou toch op man!” De vorige week toch maar even weer langsgegaan. ,,Het gaat het niet zo goed met mijn vrouw. Wilt U morgen even langs komen?” Mevrouw was geholpen aan kanker en ze hadden een tijd in grote spanning gezeten. De uitslag bleek goed en de mensen wilden nu graag praten over geloof en zingeving. Ze hadden ontzettend veel moeite met alle onrecht: als er dan een God is....”
Twee ambulances met sirenes stuiven de camping op. Ik ken de mensen op dat adres niet van eerdere jaren en wacht geduldig tot de ziekenwagens gaan vertrekken. Ik hoor dat de man, een oude baas, zal volgen in z’n eigen auto. Ik bied mij aan als chauffeur. Dat blijkt niet nodig, maar van mijn aanbod om later als pastor nog eens verder te praten, wordt de dagen daarna veel gebruik gemaakt door meneer. We voeren diepe gesprekken over de keuzes van het leven. Over wat hij heeft gezien als mormoon, over schisma's in de familie.

Zielenroerselen
De oudere garde heeft soms nog wel weet van een en ander als het over Bijbel en geloof gaat, maar de meeste vakantiegangers bij mij op de camping hebben weinig neer met God of zingeving. En al helemaal niks met de kerk. Vorig jaar kwam ik tijdens al mijn gesprekken maar drie meelevende ‘adressen’ tegen. Dit jaar ging het zelden verder dan verhalen die doorspekt waren van wrok jegens de kerk. Men is vrolijk, vriendelijk en vaak best gastvrij. Tegelijk is er ook vraag naar respect en vertrouwen als het gaat om zielenroerselen die soms behoorlijk emotioneren.
Een vader – die later ernstig ziek blijkt te zijn – loopt over de camping op zoek naar een plek voor zijn tent. We maken een praatje over z’n mooie nieuwe tent en wij worden het eens over het gemis van plastic onder de op te zetten tent. Ik bied hem het grondzeil aan van ‘mijn’ caravan, de caravan van de stichting die ik gebruiken mag. De dagen daarna kon ik bij deze mensen niet meer kapot. Net als bij een paar oude mensen met hun scootmobiels. Meneer blijkt op een terras de binnenbocht iets te krap te hebben genomen. Ik wordt gevraagd om hulp bij het invullen van het schadeformulier. Toch goed dat er een pastor is, hoor ik de oude baas zeggen.

Eenzaamheid
Op woensdagmiddag organiseert de stichting een rondje ‘Open Kerk’. De verschillende kerkgebouwen staan dan open voor een praatje, een bakje, een rondleiding, soms inclusief muziek of zang. Een van de campingtoeristen heeft belangstelling en samen doen wij twee kerken. De man vertrouwt me achteraf toe dé middag van zijn vakantie te hebben gehad.
Op de zondagochtend ben uitgenodigd om de voorganger te mogen zijn in de eeuwenoude Ledevaertkerk van Chaam. Daarmee sluit ik mijn periode als campingpastor af. Ik kies voor het thema Eenzaamheid. Ik zie bekende gezichten van campings. Zou het komen doordat er dit jaar voor het eerst aankondigingen van de diverse diensten op de campings hangen? Na de dienst is er een jong stel die ik doorverwijs naar de ouderling van dienst: zij willen lid worden van de gemeente!
In de auto terug naar Fryslân bedenk ik: wat werd mij weer veel gegeven… Maar ook: wat laten wij als kerken veel liggen: campingpastoraat!

Jacob Talma is onder meer HBO-theoloog en woont in Hurdegaryp.

Overgenomen uit: Friesch Dagblad, maandag 1 augustus 2016.


Iemand schreef als dank aan de campingpastor deze regels:

Overal zijn wijze lessen te vinden
Vaak daar waar je ze niet verwachten zou
Wijze lessen krijg je ook van anderen
Juist als je ze goed gebruiken kan
Het enige wat je dan hoeft te doen
Is er voor open te staan en ernaar luisteren.

Overal om je heen zijn bijzondere mensen
Vaak daar war je ze niet verwachten zou
Soms zijn ze er voor een ander
Soms zijn ze er ook voor jou
Het enige wat je dan hoeft te doen
Is vertrouwen schenken
en je verhaal vertellen.

(Chaam, 9 augustus 2010)